Het is acht uur ’s morgens op een mistige novemberdag. Ik heb mezelf net een bak koffie ingeschonken wanneer mijn deurbel gaat. Ik doe open en wie staat er voor mijn neus: Haalfseumpius van Teroapeles . Ik zie julie al fronzen van wie is dat nu weer. Dit is de laatste overgebleven monnik van het Klooster Ter Apel. Niemand weet van zijn bestaan. Ik wel! Ik was ooit als monteur aan het werk op het klooster toe ik hem in een van de geheime gangenstelsels tegen kwam. Hij voelde zich betrapt want hij had in geen honderd jaar een mens gesproken. Maar we raakten met elkaar aan de praat, we hadden een leuk gesprek en hij eindigde met de woorden eens kom je me weer tegen. Dat is dus nu het geval. Haast niet herkenbaar met cape op zijn hoofd zegt ie “moi Anno, je moet met me meekomen er is wat aan de hand”. Dat klinkt mij een beetje luguber in de oren. “Vertrouw me, vandaag wil iemand je ontmoeten. Jij als fotograaf moet toch een leuke vrouw aan je zij hebben, die ook af en toe model kan staan en je een beetje feedback geeft op je gemaakte foto’s, want likes op Instagram, ja die zeggen toch niets. Kom we gaan richting Ter apel en gaan haar met de tijdmachine halen”. We stappen bij mij voor het huis in de SRV-wagen die voortgetrokken wordt door een paard. Haalfseumpius denkt dat ie zo niet op valt als hij zich hier in verplaatst, volgens mij zit ie zo vaak in zijn tijdmachine dat hij niet meer precies weet in welke tijd we precies leven. Maar als we bij het klooster zijn aangekomen gaan we met de tijdmachine nog verder terug in de tijd. We belanden in de jaren dertig van de vorige eeuw. Het is pinksteren. Er is volop bedrijvigheid rond het klooster. Het is feest dit pinksterweekend. Mensen van jong tot oud doen spelletjes of luisteren naar moppentappers, drinken een borreltje, eten een oliebol en luisteren naar muzikanten en dansen op de vrolijke klanken.
Verder op staat een blonde vrouw jazzliederen te zingen. “Die vrouw bedoel ik”, zegt Haalfseumpius. Als ze uitgezongen is, zeg ik haar dat haar stem heel veel lijkt op die van Kate Bush. Echter lijkt ze hier met haar lange lichtblonde haren helemaal niet op. “Kate Bush, die ken ik niet!”, zegt ze resoluut. “Ik denk bij mezelf och ja ze is van het pre Kate Bush tijdperk.” “Mijn naam is Anna, en jij bent?” “Ooh euh ik ben Anno, één letter verschil”, zeg ik lachend. “Ga je met me mee een wandelingetje maken”, vraagt ze me. “Ja leuk, ik heb mijn fototoestel meegenomen, dan kan ik gelijk wat foto’s van je maken”, antwoord ik haar. We gaan richting het “scharrellaantje”, een laan die aan beide kanten geflankeerd wordt door beukenbomen. Ietwat speels poseert ze in haar witte jurk voor de camera, een apparaat waar ze al vol bewondering naar keek, want dat had ze in die tijd natuurlijk nog nooit gezien. Ik heb het idee dat ik letterlijk en figuurlijk een klik met haar heb. We nemen plaats op een bankje, ze komt tegen me aan zitten. We gaan de gemaakte foto’s even bekijken. Ik fluister haar in het oor dat ze een prachtige vrouw is. “Jij bent ook een geweldige knappe vent”, zegt ze, terwijl ze mij recht in de ogen kijkt. Onze lippen trekken als magneten naar elkaar toe. Pierrrrt pierrrt pierrrt pierrrt, de wekker van telefoon gaat. Ja hoor dit was weer eens een droom. Natuurlijk ben ik daar niet geweest in de jaren dertig en who the fuck is Haalfseumpius? Ja er gaan wel mythes in het rond over een gangenstelsel onder het Klooster. Maar goed. Ik ga straks naar Ter Apel om rondom het Klooster en in de Ter Apelerbossen te fotograferen maar het zou wel te gek zijn wanneer ik er zo’n blonde schone tegen zou komen.
Dus ontbijtje in de mik, douchen, fotografiegear in de auto. Ik vind gear wel een leuk woord, vooral wanneer je allemaal tweedehands meuk hebt. Gear klinkt wat duurder. Echter het belangrijkste is dat je er kwalitatieve goede foto’s mee kunt maken. Nou ben ik ook nog lang niet volleerd hoor, ik moet nog heel wat vlieg- euh foto-uren maken. Maar daar ga ik over een paar minuten weer wat uren aan toevoegen. Ik ben al op de parkeerplaats bij Hotel Boschhuis in Ter apel gearriveerd, het is namelijk maar een kwartiertje rijden vanaf mijn huis. Het is trouwens een beetje mistig, maar een beetje natuurfotograaf heeft daar geen hekel aan.
Lees je deze blog op je mobiel? Scroll dan door de links heen naar onderen en lees verder bij Dubbel zo mooi
Ik heb ook een thermoskan koffie mee, dus ik schenk mij snel een bakkie in. Ik heb soms de gewoonte om zo enthousiast te zijn om de omgeving te verkennen en te fotograferen, dat ik helemaal vergeet dat ik koffie bij me heb. Een broodje gaat er ook wel in zodat ik genoeg energie heb om eens een morgentje op deze historische plek in het rond te gaan struinen. Hup, ik slinger de rugzak met gear op de rug. En loop richting het klooster. Aah…. ik heb al een eerste idee voor een herfstplaat hier. Een foto gemaakt met een laag standpunt zodat je een bladerdek op de voorgrond hebt met het klooster op de achtergrond. Ik gok dat een diafragma van f8 of f11 goed moet komen. Beetje met een snelle sluitertijd, want ik maak de foto uit de hand terwijl ik gehurkt zit. Ik loop langs het klooster in Noordwestelijke richting. Zo kom ik in een gedeelte met oude bomen terecht, waar je onder meer een vijver en fotogenieke bruggetjes hebt. Ook hier in het bos is het mistig. Ik kom een hond met baas tegen, waarvan de baas het nodig vindt om tegen mij op te springen. Gelukkig heeft de baas geen vieze handen, zodat mijn broek schoon blijft. De hond roept de baas en doet hem weer aan de lijn. Ik hoor de baas tegen zijn hond zeggen dat het beter is dat hij altijd aan de lijn zit, omdat hij toch niet luistert en veel mensen dit gedrag niet begrijpen. Mensen zouden weleens aangifte kunnen doen van ongewenste intimiteiten, zodat de hond kans heeft op een boete. Kortom ik irriteer me soms mateloos aan die bazen en hun loslopende viervoeters. Was je hier niet om te fotograferen Anno? “Ja natuurlijk!”
Dit stukje bos is hier prachtig, maar ik weet een plek een paar honderd meter verder op die ik nog veel toffer vind, juist ja het “scharrellaantje” uit mijn dromen. De beuken zijn hier al wat hoger vergeleken met de dertiger jaren. Het is een laan van ongeveer 200 meter. Ernaast ligt een weilandje dat ervoor zorgt dat hier nog wel wat meer mist hangt. Het zou ook maar zo eens kunnen dat zonnestralen hier mooi op de laan kunnen gaan schijnen. Helaas ligt de zon op dit moment nog op 1 oor dus ik moet het doen met de mist. Het zorgt er voor dat hier een wat geheimzinnige sfeer hangt. In de laan zitten soms kuilen. In de verte zie ik er een die goed gevuld is met water. Ik loop er heen, kijk in de plas en denk “hier moet ik een foto van maken”. Dit moet zo’n foto worden als ik in gedachten heb. Een foto van een plas water met daarin spiegelend de hele oude bomen van de boslaan. Ik ga door mijn hurken en maak dicht bij de plas dé foto. Wat ik echt niet vergeten ben is dat ik de draagband van de camera om mijn nek heb. De camera zou maar eens in het water vallen…….
Ik schiet zo hier en daar nog wat foto’s. In mijn ooghoeken heb ik al gezien dat een mede boslaanbezoeker mij straks gaat passeren. “Die is straks aan de beurt”, denk ik. De camera inclusief 55-200 lens staat al heel snel op het statief op hem te wachten. Hij passeert mij, ik zeg vriendelijk goedendag. Langzaam loopt mijn slachtoffer door. Als ie een 50 m verder op van mij vandaan is vuur ik wat shots op hem af. Achter zijn rug om wordt hij onderwerp op een van mijn foto’s. Normaal doe ik geen dingen achter iemand rug om behalve bij het fotograferen. Ach meestal zijn de mensen onherkenbaar op de foto. Dit heeft dan vast ook geen schadelijke gevolgen als ik zo’n foto plaats op sociale media, hoogstens dat het de bekendste rug ooit wordt. Ik verlaat de boslaan en loop richting het noordoosten daar waar ik de Ruiten Aa tegen kom. Ik maak nog een ronde maar denk dat ik de beste foto’s al heb geschoten. Wanneer ik thuiskom klopt die gedachte van mij ook. Als ik de eerste plasfoto’s bekijk verheug ik me al op de nabewerking in Lightroom. Ik fantaseer dat ik in een van die plassen die blonde schone zie. “Nee Anno, dat heb je echt gedroomd”. Een van de foto’s van de weerspiegelende bomen in de plas is echt een droomfoto die ik ook naar het Dagblad van het Noorden stuur. Ik kijk ook nog eens goed naar de foto van de man die ik achter zijn rug om fotografeerde. Wie weet was dit Haalfseumpius Teroapeles wel. Al met al was dit een geslaagde morgen, zowel de droom als in het echt. Dus dubbel zo mooi.
Update : de foto van de boslaan heeft in de zaterdagkrant van het Dagblad van het Noorden gestaan. Dat vond ik niet dubbel zo mooi, maar wel drie dubbel zo mooi!
ghgfhfhfghfghfg
Contact via WhatssApp